Van vrijwilligerswerk worden twee kanten blij

Tijdens de bijeenkomsten van Senioren zelf aan zet praten we over het omkijken naar elkaar, oog hebben voor elkaars behoeften. We stonden al eerder stil bij de vraagverlegenheid van senioren, en nu kijken we naar de andere kant: de aanbodkant.

Vrijwilligers zijn er bij ouderenverenigingen in grote getalen. Zij doen belangrijk werk. Van het organiseren van een bingoavond tot het geven van valpreventie, gesprekken voeren over zingeving, een woonscan uitvoeren en het invullen van belastingaangifte, om maar enkele zaken te noemen.

Eigenwaarde en tevredenheid

Wat wij terug horen uit de bijeenkomsten is dat het doen van vrijwilligerswerk een positieve invloed heeft en bijdraagt aan eigenwaarde en tevredenheid. Het geeft een goed gevoel als anderen je inzet waarderen en je kunt bijdragen aan hun vreugde. Onze overheid stimuleert zorgzame buurten en wil meer nabuurschap; gelukkig zijn er al veel mensen die dit dagelijks in praktijk brengen.

Omkijken naar elkaar

In Overijssel praat men over noaberschop, nabuurschap. Het betekent zoveel als ‘in een buurt kijken we naar elkaar om’. Vroeger was dit heel gebruikelijk: als iemand ziek was in de buurt, dan bracht men even een pannetje soep. Ook tijdens de bijeenkomsten spreken we senioren die bijvoorbeeld vanuit hun kerkgemeenschap mensen bezoeken die ziek zijn of minder mobiel. Ook de vrijwilligers van de seniorenverenigingen zijn onmisbaar in onze gemeenschappen en buurten. Zij zien het als mensen opeens niet meer komen naar de kienavond of weten dat iemand pas zijn of haar partner heeft verloren. Van aandacht en alledaagse vriendelijkheid knapt iedereen op.

Vrijwilligers doen het om andere mensen blij te maken, maar daar zelf ook vreugde en geluk uit te halen.